woensdag 13 maart 2024
De Straf die Recht Boven de Wereld Hangt
Bericht van Onze Heer Jezus aan Valentina Papagna in Sydney, Australië op 3 maart 2024

Vandaagochtend kwam de engel en zei: “Zijne Majesteit onze Heer Jezus wilt met u praten.”
Plotseling bracht de engel me in het bijzijn van Onze Heer Jezus in de Hemel. In eerbiedige verwondering keek ik naar Onze Heer, die zo jong en mooi was, met een netjes gekamde bruine baard en passionele ogen, staand als een Koning in het bijzijn van engelen en een groep Heiligen.
Hij droeg Zijn majestueuze bordeaux- en wijnrode mantel versierd met uitstekend gedetailleerde schitterende gouden borduursels, en op Zijn Heilige Hoofd een hoge gouden Kroon bezet met de fijnste juwelen. Zo veel Licht stralde van Onze Heer af, omhullend iedereen die aanwezig was.
Ik weet niet of het groepje Heiligen apostelen waren, maar ze waren zeer grote heren die naast Onze Heer stonden. Hun gezichten waren volledig bedekt in de mist van Licht dat van Onze Heer kwam, zo veel Licht dat hun geestelijke lichamen getransformeerd werden in het Licht. In deze intieme bijeenkomst met Onze Heer waren de Heilige Mannen aanwezig om te getuigen wat Onze Heer mij zou vertellen. Ze spraken niet.
Terwijl ik voor Onze Heer en Koning stond, omgeven door een mist van Licht en naar Zijn Majesteit keek, voelde ik dat ik echt in de aanwezigheid van God was. Ik nam geen kennis van de Heilige Mannen naast Onze Heer noch van de engelen die verder weg stonden en verborgen waren door het Licht. Ik kek alleen naar Onze Heer, die met een zeer zacht stemgeluid sprak.
Hij zei: “Valentina, Mijn kind, ik bracht je hierheen om je te waarschuwen voor wat de wereld te wachten staat. Ten eerste — zeg mensen dat ze het Boek Esther moeten lezen en hoe zij smeekte aan de Koning haar volk te redden.”
Met Zijn rechterhand wijzend naar Hemzelf, zei Hij: “En die Koning ben Ik! Zij smikte bij Mij om haar volk te redden van straf.”
“Maar,” zei Hij, “de straf kan nu niet langer uitgesteld worden. De straf hangt dreigend boven de wereld, want mensen veranderen niet en luisteren of nemen geen kennis van deze waarschuwing, vooral de leiders van alle naties ter wereld. De leiders moeten voor Mij komen en berouw tonen. Het grootste deel van de straf komt door hen omdat ze mensen in de war brengen, hen het verkeerde leren en hun onjuiste bevelen geven die niet van Mij maar van zichzelf zijn. Ze leiden mensen naar totale duisternis, en ze stemmen in met al het kwaad. De wereld is in verschrikkelijke zonde en totale duisternis.”
“Maar de straf, groter dan ooit tevoren, hangt recht boven de wereld.”
In een visioen zag ik dat de straf niet hoog boven de wereld hing maar laag, net boven het.
“Waarschuw mensen er dan voor,” zei Hij. “Dit is een ernstige waarschuwing die ik je geef.”
“Ik smik bij u — waarschuw de mensen hiervoor zodat zij kunnen bekeren en veranderen.”
Onze Heer waarschut ons ernstig. Hij herhaalde: “Ik wil echt, echt dat je mensen waarschuwt omdat dit zal gebeuren. Mensen nemen er geen kennis van, vooral de leiders.”
Van deze speciale plek in de Hemel voelde ik dat Onze Heer Gerechtigheid toelaat om naar de wereld te komen. Deze groep Heilige Mannen, die naast Onze Heer stonden, waren als Zijn bewakers en staan erg dicht bij Onze Heer. Er waren geen vrouwen aanwezig. Ik zag de Zalige Moeder niet, maar ze weet alles hierover. De goede mensen in de wereld moeten tot Onze Heer, de Koning, bidden, net zoals Esther deed. Mensen moeten veranderen en BETER nu.
Naar Onze Heer had geëindigd met praten en ons waarschuwen voor al deze gevaren, bracht de engel me terug naar huis. Onderweg zei de engel, “Heb je gezien hoe droevig Heer Jezus, onze Majesteit en Koning, was?”
“En ik zeg jullie, dit is ernstig — dit is iets waar jullie niet aan kunnen ontkomen. De wereld is te ver gegaan.”
Ik voelde zo jammer voor wat Onze Heer mij vertelde, en ik voelde medelijden met de mensheid. Het waarschuwing van Onze Heer voor de wereld was zo ernstig dat het schok van het horen ervan mijn hart doordrong. Ik werd bezorgd en misselijk, en mijn hele maag was ontregeld toen de engel me terugbracht naar huis.
Ik dacht, ‘Hoe ga ik vandaag naar kerk — O Heer, help mij alstublieft.’
Later die ochtend, tijdens de Heilige Mis, glimlachte Onze Heer en probeerde me op te munten, Hij zei, “Als zij maar wisten wie hier is? Weet je dat jij van binnen naar buiten vol profetie zit? Je hele lichaam en ziel zijn vol profetie. Daarom heb je een ontregelde maag.”